Ptero-babies waren vliegers
Jonge pterosauriërs blijken al vanaf hun geboorte zelfstandig te kunnen vliegen. En ze blijken veel zelfstandiger dan je waarschijnlijk dacht: opvoeden was nauwelijks meer nodig.
Dat blijkt uit nieuw onderzoek van paleontologen Darren Naish, Mark Witton en Liz Martin-Silverstone. Ze bundelden hun krachten en analyseerden samen de bestaande fossielen van (heel) jonge pterosauriërs, om te zien wat ze konden afleiden over het gedrag.
Vliegen ‘vanuit het ei’
Uit hun modellen blijkt duidelijk wat al jaren vermoed werd, namelijk dat kleine ptero’s al konden vliegen vanaf het moment dat ze uit hun dunne, leerachtige eieren kwamen gekropen. iets wat ook de Nederlandse ptero-kenner André Veldmeijer bespreekt in onze Dinocast-aflevering over pterosauriërs.
Jonkies jagen in het binnenland...
Wat zegt dit over het gedrag van ptero-kinderen en ouders? Allereerst concluderen de onderzoekers dat er van ‘opvoeden’ waarschijnlijk weinig sprake was. Eenmaal uit het ei konden jonge ptero’s wel voor zichzelf zorgen. Sterker nog: ze vermoeden dat pterosauriërs in hun eerste jaren vooral leefden en jaagden in het binnenland. ‘De vleugels van de jongere generaties waren meer gebouwd op een dynamische vlucht - ze konden scherper stijgen en dalen,’ schrijven de onderzoekers. ‘Ze konden zich daarmee richten op snellere prooien, in gebieden met veel begroeiing.’
...oudere aan zee
Oudere pterosauriërs hebben vleugels die meer gebouwd zijn op langere afstanden en tragere vlucht, en dat zorgde ervoor dat die zich waarschijnlijk meer ophielden in kustgebieden en rond oceanen.
Lees hier alles over de analyse van de onderzoekers:
tetzoo.com: Baby Pterosaurs Were Excellent Fliers and Occupied Different Niches From Their Parents